Digitale media- en informatiegeletterdheid

3.1 Informatievaardigheden

De docent toont aan dat hij adequaat gebruik kan maken van zoekmachines en databases om zo digitaal (leer-) materiaal te ontsluiten. En de docent toont aan dat hij sites kan beoordelen op betrouwbaarheid en authenticiteit en dat hij het belang hiervan kan overbrengen op zijn leerlingen.

Als docent is het belangrijk dat je de juiste informatie verteld aan je leerlingen. In mijn stage gebruikte ik als leidraad vaak de lesmethode. Maar, ik breidde mijn lessen ook vaak uit met informatie van het internet wat niet in het lesboek staat. Vaak kwam het voor dat de lesmethode al enkele jaren oud is en dus verouderde en inmiddels onjuiste informatie bevat. Om te zoeken naar betrouwbare informatie maak ik gebruik van Google Scholar. Google Scholar is een betrouwbare database met vele recente (wetenschappelijke) artikelen waarbij de achtergrond van de auteur makkelijk te vinden is.

De Verenigde Staten is een land wat vaak behandeld wordt in aardrijkskundeonderwijs. In november 2020 zijn er Amerikaanse presidentsverkiezingen geweest waar veel aandacht voor geweest is in de media. Vanuit het perspectief van geopolitiek, milieu en handel is dit vanuit aardrijkskunde gezien een interessant onderwerp. Als ik dit onderwerp zal gebruiken in mijn les dan zou ik via Google Scholar op zoek gaan informatie. Een zeer interessant artikel wat ik misschien zou kunnen gebruiken is het derde artikel: ''Waarom vinden we de Amerikaanse verkiezingen zoveel boeiender dan onze eigen Europese Stembusuitslag? Hier is te zien wie de auteur van het artikel is, vanuit welke organisatie het artikel geschreven is en tenslotte uit welk jaar het artikel komt. Hiermee kan ik de bron ook beoordelen op betrouwbaarheid en authenticiteit. 


De docent toont aan dat hij verantwoord kan omgaan met andermans (digitale) producten en op de hoogte is van de regels met betrekking tot plagiaat en plagiaatpreventie.

Wanneer er informatie wordt gebruikt van andere bronnen, is het belangrijk dat hiermee goed wordt omgegaan. Daarom is het belangrijk dat er altijd aan bronvermelding wordt gedaan ander is het plagiaat. Bij een verslag is hierbij een bronnenlijst het belangrijkste. Wanneer in de lopende tekst quotes van iemand anders worden gebruikt is het belangrijk dat er verwijzingen worden toegevoegd. In de bronnenlijst moet dan de herkomst van de bron worden gezet. Ik zorg er altijd voor dat de verwijzingen en bronnen goed opgesteld zijn en daardoor de bronnenlijst er goed uitziet. 

 

3.2 Kennismanagement

De docent toont aan dat hij op efficiënte wijze informatiebronnen kan organiseren en deze kan inzetten als productiefactor voor leren en lesgeven.

Voor mijn stage op het Kamerlingh Onnes gebruik ik samen met mijn collega's van de sectie aardrijkskunde een Google Drive. Op deze Drive worden onder andere werkvormen, planningen en toetsmodellen gedeeld.

ik gebruik veel informatiebronnen als productiefactor in mijn lessen. Nieuwsberichten zijn daar een goed voorbeeld van. Zo heb ik een les over het hoofdstuk klimaten een nieuwsbericht gebruikt over de bosbranden in Australië. Dit was in januari 2020 een bericht wat vaak in de media was. Het nieuwsbericht heb ik als intro van de les gebruikt om zo de voorkennis van de leerlingen te activeren en de verbinding te maken tussen actualiteit en de lesstof.


3.3 Mediawijsheid

De docent toont aan dat hij creatief, kritisch en bewust kan omgaan met actuele media.

Ik ben mij er van bewust dat leerlingen mij zullen 'Googlen' en mijn sociale media willen bekijken. Daarom zorg ik ervoor dat ik mijn sociale media goed afscherm en leerlingen zo weinig mogelijk inzicht krijgen in mijn privéleven.

Voor mijn professionele netwerk ben ik actief op LinkedIn. LinkedIn is een sociaal platform gericht op delen van bijdragen in de werksfeer. Dit is niet zozeer waar leerlingen op te vinden zijn, maar er zijn wel netwerken te volgen op gebied van onderwijs en scholen. Door deze actuele media krijg ik inzicht in de nieuwste ontwikkelingen op scholen, onderwijsgemeenschappen en leveranciers van lesmethodes.  

De docent toont aan dat hij zijn leerlingen bewust om kan laten gaan met de mogelijkheden van internet en sociale media ten behoeve van het eigen leren. En de docent toont aan inzicht te hebben in de manier waarop de digitale wereld invloed heeft op de opvoeding van jongeren.

Bij alle stages heb ik tot nu te maken gehad met leerlingen die diverse devices gebruiken. Ik maak leerlingen er bewust van dat ik alleen een device wil zien, als ik het toesta. Per school is hierin het protocol weer verschillend. Bij alle klassen die ik tot nu heb gehad is één van mijn belangrijkste regels dat ik mobiel wil zien. Tijdens WPL2 gold de regel dat de klassen in de onderbouw hun mobiel in een telefoontas moesten stoppen wanneer zij het lokaal binnen kwamen. Dit gold dan ook bij mij. Daarnaast hadden deze leerlingen ook IPads, en hier was bij mij de regel dat deze in de tas bleef totdat ik het zei wanneer ze deze nodig hadden. Ik wilde niet dat ze devices tijdens de uitleg op de tafel hadden. Veel leerlingen hadden ook apps van sociale media zoals WhatsApp en Instagram op hun IPad. Hiermee ben ik mij er van bewust waarop de digitale wereld invloed heeft op de opvoeding van jongeren.

Op WPL3 gebruikten de leerlingen laptops, hier had ik de regel dat deze helemaal dicht moest, tenzij ik het zei. Wanneer de leerlingen aangaven dat ze via de laptop aantekenen wilden maken stond ik dit ook niet toe. Daarom gaf ik de leerlingen de opdracht om altijd pen en papier bij zich te hebben. Zo maak ik leerlingen ervan bewust wat de mogelijkheden zijn van internet en sociale media ten behoeve hun eigen leren. 

De docent toont aan dat hij voor leerlingen geschikte en betrouwbare digitale leerbronnen kan selecteren, passend bij hun leeftijd, sociaal- emotionele en morele ontwikkeling

Het ICT bied goede diverse digitale leerbronnen die goed toe te passen zijn in mijn lessen. Ik heb Wikiwijs diverse keren gebruikt in mijn lessen. Wikiwijs is een interessante tool waarbij werkvormen kunnen gemaakt die passend zijn op het niveau van de leerlingen. Met de leeftijd en de sociaal- en emotionele ontwikkeling in het achterhoofd heb ik diverse werkvormen op Wikiwijs gemaakt en toegepast in mijn lessen. Zo heb ik op WPL2 leerlingen ook laten werken met Wikiwijs. Dit was een herhalingsopdracht van het hele hoofdstuk. Dit was een extra opdracht die leerlingen konden gebruiken als oefenstof voor de toets. Deze opdracht staat online dus leerlingen konden deze opdracht ook thuis maken. In deze herhalingsopdracht heb ik expres gewerkt met verschillende soorten opdrachtjes. Een voorbeeld is dat leerlingen begrippen en omschrijvingen bij Noord Korea of Zuid Korea horen. Een andere opdracht is dat leerlingen begrippen moeten koppelen aan begrippen. De Wikiwijs is te vinden via deze link

De docent toont aan dat hij leerlingen bewust kan maken van de meerwaarde en risico's van internetgebruik.

Op het moment van schrijven (februari 2021) vindt het gehele onderwijs op afstand plaats. Het is vlak voor mijn start met Hoofdfae A nog onduidelijk hoe het onderwijs er straks precies uitkomt. In deze tijd heb ik als docent lastig inzicht hoe leerlingen thuis het internet gebruiken. Wanneer de leerlingen in de klas zitten met een device heb ik zicht op de beeldschermen van de leerlingen. Thuis volgen de leerlingen online hun lessen en kunnen tijdens de les met heel andere dingen bezig zijn. Smoesjes zoals ''mijn wifi is slecht'' en ''mijn webcam doet het niet'' zijn snel gemaakt. Ik zal proberen de leerlingen proberen duidelijk te maken welke risico's er zijn op het gebied van internetgebruik.

UPDATE: inmiddels geef ik op mijn stage op het Kamerlingh Onnes geheel online of hybride les. Als ik hybride les geef zit de helft in de klas en andere helft zit thuis. Ik probeer de leerlingen die thuis zitten er zo veel mogelijk bij te betrekken door middel van LessonUp. Zo maak ik leerlingen er van bewust dat het internet op deze wijze een meerwaarde is voor hun eigen leerproces. Tenslotte kan ik de leerlingen lastig controleren wat ze thuis precies doen, ik benadruk de leerlingen dat ze actief mee moeten doen. Zo hoeven ze zelf minder te leren voor de toets. Zo maak ik de leerlingen indirect er van bewust wat de risico's van het internetgebruik. Dit door middel ik ze lastig kan controleren en ze met andere dingen bezig kunnen zijn op het internet.  

ICT Portfolio Gerjan Okken
Mogelijk gemaakt door Webnode
Maak een gratis website. Deze website werd gemaakt met Webnode. Maak jouw eigen website vandaag nog gratis! Begin